Groepsdynamiek

Met een groepsreis mee gaan, betekent wel iets voor je gemoedstoestand en je aanpassingsvermogen. Zet 20 willekeurige mensen bij elkaar in een bus in Thailand, Taiwan, India, Marokko, Zuid-Afrika of welk ander land dan ook en binnen die 2-3 weken zijn er irritaties. Gegarandeerd. Als je een achtergrond hebt als psycholoog kun je tijdens je vakantie overuren draaien.

Je hebt de te aanwezige, luidruchtige vrouw. Die vaak getrouwd is met een stille sukkelige man. Zo gaan die dingen nu eenmaal in het leven, je kunt niet beiden constant aan het woord zijn. Dan heb je de kakkers, altijd sjiek gekleed alsof er tijdens de reis een modeshow moet worden gelopen. En die niet door hebben dat de lokale bevolking hun Rolex zowat van hun pols kijkt. Er zijn de verdwaalden. Van wie je je af vraagt hoe ze überhaupt op Schiphol zijn kunnen komen en die op de wereldkaart naar grote waarschijnlijkheid niet hun bestemming kunnen aanwijzen. Dan gaat er ook wel altijd een kort lontje mee. Iemand die zich aan alles ergert. Aan het eten dat niet is zoals thuis. Aan de hotelkamer, aan de andere groepsleden, aan de gids die onverstaanbaar Engels praat. Aan de vertrektijden ’s ochtends en aan het wachten op de andere groepsleden. Ik heb een kort lontje meegemaakt dat ontplofte. Dat wil je niet meemaken tijdens je vakantie. Dat er in de bus geraasd en getierd wordt. Dan heb je de vergeetachtige die altijd alles kwijt is. Ze komen er na een uur op weg te zijn achter dat ze hun toilettas in het vorige hotel zijn vergeten. Dan kan de bus rechtsomkeer maken om de shampoo en douchegel op te halen.

Het proces verloopt altijd volgens een vast patroon. De eerste dagen maakt iedereen kennis met elkaar en tast elkaar af. Welk vlees hebben we in de kuip? Halverwege de reis vindt de ontploffing plaats en de laatste dagen is iedereen weer vergevingsgezind, want het einde is in zicht en de dagen kunnen worden geteld. En bij een volgende reis begint het proces weer van voren af aan.